Diagnose volgens stappenplan

1. Anamnese (gesprek)
2. Lichamelijk onderzoek
3. Echoscopie
4. Hysteroscopie
5. MRI

Aan de linkerkant ziet u het stappenplan dat in het algemeen gevolgd wordt om de diagnose vast te stellen.

Klik op de knop van de stap waar u meer over wilt weten.

Anamnese

Indien u een afspraak met een gynaecoloog van het Myoom Centrum Amsterdam (MyCenA)  heeft zal allereerst in een gesprek worden nagegaan welke klachten u heeft en in hoeverre die het gevolg kunnen zijn van de al dan niet aanwezige myomen.

Indien u last heeft van menstruatiestoornissen, is het prettig als u een menstruatiekalender over de afgelopen maanden heeft bijgehouden en die meebrengt.

Het lichamelijk onderzoek

Bij het lichamelijk onderzoek wordt het volume van de baarmoeder in kaart gebracht en wordt de baarmoedermond bekeken. Meestal wordt daarbij eerst het onderzoek met het speculum (vaginale spreider / "eendebek") gedaan, waarmee de baarmoedermond in beeld wordt gebracht.

Alleen indien er een specifieke reden is, worden een uitstrijkje of kweken gemaakt. Dan volgt het vaginaal toucher waarbij met een inwendige en een uitwendige hand de grootte en de mobiliteit van de baarmoeder wordt beoordeeld.

Echoscopie

(Voor gedetailleerde informatie zie: " Echoscopie in de gynaecologie en bij vruchtbaarheidsstoornissen "). Bij echoscopie kan de baarmoeder (en de myomen) in beeld gebracht worden door geluidsgolven. Meestal wordt dit gedaan met een inwendige (vaginale) echo. Soms wordt ook een uitwendige echo gemaakt (via de buik).
Belangrijk voor de behandeling is de relatie van de myomen met de baarmoederholte.
Soms kan dit met echoscopie goed worden vastgesteld (Afb.: Uitwendige echoscopie). Soms kan het noodzakelijk zijn de binnenzijde van de baarmoeder beter in beeld te brengen. Dit gebeurt door een kleine hoeveelheid fysiologisch zout of steriele gel in de baarmoederholte te brengen met een dun slangetje. Dit wordt ook wel watercontrastecho genoemd. Zie folder: " Watercontrast echo, waterecho of SIS "

Echobeeld van myoom

Op deze manier kunnen structuren, die in de baarmoederholte uitpuilen (zoals myomen of poliepen) goed zichtbaar worden gemaakt. Het inbrengen van het dunne slangetje in de baarmoeder is meestal weinig of niet pijnlijk. Soms is een watercontrastecho niet mogelijk of onduidelijk. Dan is aanvullend onderzoek met een hysteroscopie (zie onder ‘hysteroscopie’) soms noodzakelijk.

Hysteroscopie

Zie ook de folder "Diagnostische hysteroscopie". Bij een diagnostische hysteroscopie wordt met een dun buisje in de baarmoeder gekeken.om vast te stellen of er afwijkingen zijn en zo ja, op welke manier die weggehaald zouden kunnen worden (Afb.Myoomverwijdering ).

Deze hysteroscopie wordt uitgevoerd op de polikliniek of in een behandelkamer. Ook kleine ingrepen kunnen op deze wijze worden uitgevoerd, zoals het verwijderen van kleine poliepen of van een spiraaltje waarvan het touwtje is afgebroken of van een klein myoompje (kleiner dan 1 cm in doorsnede).

Indien verwacht wordt dat er een langduriger ingreep nodig is (myomen groter dan 1 cm) moet een wat dikkere hysteroscoop gebruikt worden. Dan moet de baarmoedermond enigszins worden opgerekt. Dit vereist een betere pijnbestrijding met behulp van spinale anesthesie (ruggenprik) of narcose.

MRI

In uitzonderlijke gevallen (als door de grootte van de baarmoeder of de ligging van de myomen, de echoscopie niet zo betrouwbaar is, of als voorbereiding op embolisatie ( zie Behandelopties: operatief: "Embolisatie")) kan een MRI-scan (Magnetic Resonance Imaging) worden verricht. Soms is een dergelijk onderzoek noodzakelijk om onderscheid te maken tussen een myoom en een andere afwijking van de
baarmoederspier zoals adenomyose, (baarmoederslijmvlies dat in de baarmoederspier is ingegroeid en dat ook hevige en pijnlijke menstruaties kan veroorzaken).

Voor een MRI dient de patiënte plaats te nemen in een soort cilinder. Er wordt dan gedurende enkele minuten met een magnetisch veld een afbeelding van de buikholte en de inhoud daarvan gemaakt. Deze diagnostische foto veroorzaakt geen bijwerkingen in de zin van pijn of anderszins.
Op de afbeelding hiernaast ziet u een scan van een submuceus myoom gemaakt met behulp van een MRI.

MRI beeld